voor de eucharistie 4
Pater noster, Qui es in Cælis
sanctificétur Nomen Tuum
advéniat Regnum Tuum
fiat Volúntas Tua
sicut in Cælo
et in terra.
Panem nostrum quotidiánum da nobis hódie
et dimítte nobis débita nostra
sicut et nos dimíttimus
debitóribus nostris.
V. Et ne nos indúcas in tentatiónem.
R. Sed líbera nos a malo.
*
V. Mogen al Uw Werken, Heer, van U getuigen.
R. En mogen Uw heiligen U loven.
V. Mogen de heiligen zich in heerlijkheid verheugen.
R. Mogen zij zich verheugen in hun bedden.
V. Niet aan ons, Heer, niet aan ons.
R. Maar aan Uw Naam kome de eer.
V. O Heer, verhoor mijn gebed.
R. En moge mijn uitroep tot U komen.
V. De Heer zij met u.
R. En met uw geest.
*
Laten wij bidden:
God, die voor de drie kinderen de vlammen van het vuur stilde:
Geef ons genadiglijk dat wij, Uw dienaren, niet verteerd worden
door de vlam van de ondeugden.
Wij smeken U, Heer,
om onze daden te anticiperen door ze te inspireren,
en ze te continueren door ze te assisteren:
dat al ons gebed en ons werk altijd door U mag beginnen,
en door U wordt beëindigd, nadat U ze bent begonnen.
Verleen ons de Genade, Heer, om de vlammen van onze ondeugden te doven;
Gij die de zalige Laurentius de Genade hebt gegeven
om de vuren van zijn kwellingen te overwinnen.
Door Christus, onze Heer.
Amen.
Reacties
Een reactie posten